Terugblik en volledige tekst Hannie van Leeuwenlezing 2024 door Kathleen Ferrier

Op vrijdag 30 augustus heeft het CDJA in Veenendaal het nieuwe politieke jaar afgetrapt met de traditionele Hannie van Leeuwenlezing. Dit jaar was Kathleen Ferrier (67) de spreker.

Ferrier, geboren in Suriname, heeft grote internationale werkervaring. Zo heeft ze gewerkt in Chili, Brazilië en meer recent in Hongkong. Tussen 2002 en 2012 was de Tweede Kamerlid voor het CDA. Sinds 2019 is ze werkzaam als voorzitter van de Nederlandse Unesco Commissie.

Westerse bril afzetten en uithaal naar Schoof-I
Op vrijdagavond 30 augustus heeft Ferrier tegenover tientallen CDJA’ers haar visie kunnen delen op de kansen voor de christendemocratie in een kantelende wereldorde. Zo riep ze op om ‘onze westerse bril’ af te zetten en met gelijkwaardigheid te kijken naar opkomende wereldmachten in het mondiale zuiden.

De 67-jarige Ferrier haalde in haar lezing uit naar het huidige kabinet. De nieuwe coalitiepartijen spreken immers niet langer over ‘ontwikkelingssamenwerking’, maar over ‘ontwikkelingshulp’. Zo heet de ministerspost van Reinette Klever nu ‘Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp’. Volgens Ferrier blijkt hieruit een misplaatst superioriteitsgevoel, omdat andere landen als niet gelijkwaardig worden gezien. Dit terwijl het christelijk-sociaal denken ons laat zien dat we op grond van gelijkwaardigheid moeten investeren in andere mensen en economieën in onze wereldgemeenschap, vanuit een morele verantwoordelijkheid jegens de medemens.

Jaarlijkse Hannie van Leeuwenlezing
Sinds 2018 organiseert het CDJA jaarlijks deze lezing ter gedachtenis aan de politieke erfenis van Hannie van Leeuwen. Van Leeuwen is jarenlang volksvertegenwoordiger geweest voor het CDA en kenmerkte zichzelf door haar vooraanstaande en strijdbare houding. Ze belichaamde het christelijksociaal denken en bleef tot op hoge leeftijd in de politiek en de partij.

Lees hier de volledige tekst van de lezing terug:

Partijgenoten, CDJA-ers,

Heel veel dank voor de uitnodiging de Hannie van Leeuwen lezing 2024 te mogen houden, de lezing waarmee Het Jonge Midden het startschot geeft voor het nieuwe politiek seizoen.

Voor mij is het een buitengewone eer, natuurlijk, om door jullie, jonge mensen, uitgenodigd te worden deze lezing te houden. En het is een bijzonder moment. Omdat dit toch het startschot is van een wat ongebruikelijk Nederlands kabinet, -bijv. omdat het extraparlementair heet te zijn-, met een wat ongebruikelijke MP, -want niet gebonden aan een politieke partij-, dat straks haar eerste Prinsjesdag beleeft.
Het zijn ongebruikelijke tijden.

Maar toch ervaar ik die buitengewone eer om deze lezing te mogen houden vooral vanwege de naamgever. De markante, kordate, strijdbare en moedige Hannie van Leeuwen. Zij was zo’n bijzondere vrouw, dat er notabene twee jaarlijkse lezingen zijn naar haar vernoemd zijn. Die van jullie, (sinds 2018) en ook de koepel van Adviesraden Sociaal Domein, organiseert sinds 2012 ieder jaar een Hannie van Leeuwen lezing.
Dat zegt genoeg.

Maar het verbaast mij niets. Ik heb haar mee mogen maken, toen ze in de Eerste Kamer voorzitter was van de vaste commissie VWS en namens de CDA fractie, woordvoerder sociale zaken. Het was altijd goed elkaar te spreken, ze was scherp, kritisch, en eerlijk. Je wist bij haar precies waar je aan toe was.
Ze stond voor haar mening.
Het ging haar altijd om de inhoud.

Ik bewonderde haar.

Vanwege haar principiële houding. Die was afkomstig, zo werd mij verteld, door haar moedige werk tijdens de Tweede Wereldoorlog. Toen, als tiener, werd ze koerierster. Gevaarlijk werk, dat haar gemarkeerd heeft voor haar hele leven. Het heeft haar ervan bewust gemaakt dat alles, je vertrouwde leven, alles wat voor jou gewoon is, van de ene op de andere dag kan veranderen, als je niet goed oplet, als je niet alert bent.
Omdat niets vanzelfsprekend is.

Ook leerde het haar, dat, zoals ze zelf zei: “vrede meer is dan louter de afwezigheid van strijd”. Vrede had voor Hannie alles te maken met hoe mensen met elkaar omgaan, of ze oprecht geïnteresseerd en nieuwsgierig zijn naar elkaar. Of ze bereid zijn in gezamenlijkheid verantwoordelijkheid te nemen voor de gemeenschap.

Die principiële houding markeerde Hannie ook als volksvertegenwoordiger namens de ARP en later het CDA. Dat werd haar niet altijd in dank afgenomen, om het zacht uit te drukken. Maar dat deerde haar niet. Ze bleef bij haar principes en ze zei: ”Als ik merk dat er op een gegeven moment niet vanuit idealen maar puur vanuit machtsposities wordt gedacht dan valt er bij mij een deur dicht.”
En ik kan jullie vertellen dat die deur echt niet zomaar meer openging…

Christelijksociale traditie
Hannie van Leeuwen was een belangrijk gezicht van de christelijksociale traditie. Die traditie is voor mijzelf reden geweest om lid te worden van onze partij en was het kompas voor mijn dagelijkse politieke werk toen ik volksvertegenwoordiger was namens het CDA in de Tweede Kamer.
Mij inspireert het mensbeeld dat bij deze traditie hoort, het beeld van de mens die alleen zichzelf kan worden en zijn, in relatie tot anderen. Omdat wij mensen, waar we ook geboren zijn, hoe we eruitzien, ongeacht onze religie, cultuur, of de context waarin we leven of opgroeien, uiteindelijk met elkaar verbonden zijn, vanwege het pure feit dat we mens zijn. Dat is ook het uitgangspunt van UNESCO, de VN organisatie voor onderwijs, wetenschap, communicatie en cultuur, en van de Nederlandse Unesco Commissie, waarvan ik voorzitter ben. Onze missie is: vrede creëren in hoofden van mensen door juist dat, wat mensen met elkaar verbindt: onderwijs, wetenschap, cultuur, kunst, communicatie, te benadrukken en te versterken.

Bij dit mensbeeld staan relaties dus centraal. Het ziet mensen tot bloei komen als ze naar elkaar kunnen omzien. Als ze zich erkend en gezien weten door een betrokken omgeving.

De christelijksociale traditie dicht daarbij ook de overheid een belangrijke rol toe.
In de ogen van Hannie had de overheid juist een uitgesproken rol om mensen te faciliteren naar elkaar om te kunnen zien.

Ortega y Gasset: de paradox van de democratie
Hannie is ons in 2018 ontvallen en toen ik bezig was met de voorbereidingen van deze lezing vroeg ik mij natuurlijk af, hoe zij aangekeken zou hebben tegen onze samenleving nu, 2024. Ik denk dat ze zich zorgen zou maken en dat ze zich in niet mis te verstane woorden zou uitlaten over wat we zien gebeuren, bij voorbeeld de noodzaak, om als formerende partijen anno 2024 het allereerst eens te worden over respect voor de grondwet. Maar ook buiten Nederland, in Europa en op tal van plekken de wereld, gebeuren dingen die niet zomaar Hannie’s goedkeuring zouden krijgen.

Toen ik mij probeerde voor te stellen wat haar analyse zou zijn, het waarom van deze gebeurtenissen, kwam bij mij in herinnering een boek dat ik tijdens mij studie (ik heb Spaans en het Portugees van Brazilië gestudeerd) moest lezen, “La rebelión de las masas”, van José Ortega y Gasset, de opstand der horden, oftewel de massa mens. Hij schreef dit boek bijna een eeuw geleden, in 1929, maar wat hij beschrijft is ook vandaag zeer herkenbaar.

Hij beschrijft een samenleving, de Europese, waarin de burgers net losgekomen waren van de rigide structuren van de feodale maatschappij, losgekomen van het gezag van kerk, van tirannieke heersers, de aristocratie. Er kwam meer vrijheid voor eigenheid, die werd versterkt door technologische ontwikkelingen die meer bewegingsvrijheid gaven, zoals openbaar vervoer, reizen werd makkelijker en ook de media verbreedden de blik op de wereld.
Het politiek bestuur werd democratischer. En in die context constateert hij wat hij noemt de paradox van de democratie. Democratie waarin de ‘demos’, de mensen, het volk meer ruimte en zeggenschap krijgt om het eigen bestaan en het bestaan van de onderklasse te verbeteren. Want daar is democratie oa op gericht dus precies dat waar Hannie ook voor stond. Maar wat Ortega y Gasset beschrijft is een beweging die, in plaats van het verheffen van mensen die het moeilijk hebben, zich opstelt als wat hij noemt ‘valse sympathisanten van de onderklasse’.
Mensen die zich vereenzelvigen met die onderklasse, en dat vereenzelvigen kenmerkt zich door een platvloers taalgebruik, een onbehouwen doen en laten, een dedain voor de elite. Opvattingen van specialisten en experts worden afgedaan als irrelevant, feiten doen er niet toe, lezen is voor dummies, wetenschap is ook maar een mening.

Bovendien wordt de mens- en maatschappijvisie van deze ‘valse sympathisanten van de onderklasse’ niet belast, of zelfs maar geconfronteerd met geestelijke waarden. Want er is geen maat, geen waarde of waarheid die boven het IK van de massamens gaat. Dat staat centraal, niet wij, maar ik, denken dat IK de norm ben en daarom niet geïnteresseerd zijn in andere perspectieven. Integendeel: alles wat anders is, is vreemd, bedreigend en mag niet bestaan. Men zoekt in die ander (andere religie, ander uiterlijk, ander gedrag of wat dan ook) een zondebok. En in de combinatie van al deze factoren, waar angst aan ten grondslag ligt, gaat de massamens samenklonteren.
In de tijd van Ortega y Gasset klonterde de massamens samen rond Benito Mussolini in Italië, Hitler in Duitsland en Stalin in Rusland.
Vandaag de dag zijn er anderen rondom wie er samengeklonterd wordt.
En dat samenklonteren in groepen gelijkgestemden die elkaar bevestigen in hun eigen gelijk en superioriteit, krijgt anno nu, natuurlijk een enorme megafoon door sociale media.

Dus terwijl je alle ruimte en technologische ontwikkelingen tot je beschikking hebt om anderen vooruit te helpen, te verheffen, ga je je op een valse manier identificeren, geef je valse hoop, kom je met “terug naar vroeger oplossingen” in plaats van met toekomstgericht beleid, waarbij het totaal ontbreekt aan moraal, aan fatsoen aan ethiek, aan een innerlijk kompas.

Dit beeld, de samenklonterende massamens zonder fatsoen, moraal of ethiek, past een op een onze wereld vandaag.

Ook in NL. Je ziet het in een politiek die veel belooft maar weinig waarmaakt, in de oppervlakkigheid en leegte van het politieke debat en in de stijl van met elkaar omgaan. Elkaar agressief bejegenen, vijandsbeelden creëren, al dan niet via social media elkaar vliegen afvangen, met de vinger wijzen over futiliteiten, terwijl de wezenlijke zaken, die schreeuwen om een oplossing, onbesproken blijven.

Je ziet het in een politiek landschap waar de polen groeien, maar het midden klein blijft.
Het politieke midden, dat wat mij betreft staat voor verbondenheid van mensen met elkaar en met de planeet, voor liefde voor vrijheid, cultuur, respect en verdraagzaamheid, dat midden is klein en wordt steeds kleiner.

Kansen voor het CDA
En precies dat, beste mensen, biedt juist ons en onze partij die van oudsher in het midden zit, die verbindende krachten heeft, de grootste politieke partij in ons land die religie als uitgangspunt heeft, enorme kansen.
Wij kunnen mensen weer hoop bieden. Door níet mee te gaan in de leegte en oppervlakkigheid van de huidige politieke cultuur, en de hype van de dag van de media, maar door onze uitgangspunten en visie fier, onverschrokken en overtuigend uit te dragen en te staan voor wat we zeggen. Net zoals Hannie deed.
Waar mensen zich niet gezien, niet gehoord en niet serieus genomen weten, waar het vertrouwen tussen mensen onderling en het vertrouwen in de politiek snel erodeert, kunnen wij, vanuit onze uitgangspunten hoop bieden. Hoop op een samenleving waar ieder mens ertoe doet en gelijkwaardig is en waar mensen fatsoenlijk en met respect met elkaar omgaan. Hoop op een samenleving die niet gelooft dat wie het hardste schreeuwt het laatste woord heeft, dat niet nog meer regels, wetten en administratieve druk de oplossing voor problemen moeten bieden, maar waar mensen ruimte krijgen, vertrouwen en verantwoordelijkheid om zelf regie over hun eigen leven te kunnen voeren.

Henri Bontenbal biedt die hoop, ik zie en hoor het om mij heen. Onze partij wint weer aan gezag, want de tijd dat ook het CDA meende er goed aan te doen de kiezer achterna te lopen en naar de mond te praten, in plaats van met toekomstgericht, visionair beleid te komen waardoor de kiezer achter ons aan loopt, lijkt gelukkig voorbij.

Dit politieke seizoen en de jaren die komen, bieden onze partij grote kansen om de leegte die er heerst inhoud te geven en mensen weer hoop te bieden, op grond van onze christendemocratische visie.
Een belangrijk kenmerk van onze visie is dat hij verder reikt dan ons land, verder dan Europa. Wij hebben eerlijke antwoorden voor de uitdagingen waar we als wereldgemeenschap voor staan.

Internationale betrokkenheid
Want ook juist wat dat betreft, de uitdagingen waar we als wereldgemeenschap voor staan, kunnen wij als partij, op grond van onze internationale betrokkenheid, een noodzakelijke visionaire en richtinggevende rol spelen.
Anderen doen het namelijk niet meer.
Die kijken niet meer over de dijken en de duinen heen, en als ze dat al doen, zien ze vooral bedreigingen op ons af komen en geen kansen.
Juist als christendemocraten kunnen we onze ogen niet sluiten voor wat er buiten onze landsgrenzen gebeurt. Dichtbij, op ons eigen continent maar ook verder weg.

Van hulp naar investeren
Toen ik Kamerlid was, presenteerde ik met de fractie een toekomstgerichte visie op ontwikkelingssamenwerking. De titel van dat document was “Van Hulp naar Investeren”. Het was spraakmakend, verschillende kranten wijdden er redactionele commentaren en artikelen aan. We stelden dat het denken in termen van ‘hulp’ verouderd was, dat we het over investeren moeten hebben. Investeren in mensen, investeren in economieën, op grond van een doorleefd besef van de noodzaak van solidariteit. Dat impliceert volstrekte gelijkwaardigheid, dus aansluitend bij de wensen en visie van de gemeenschappen zelf.

Onze visie toen was gebaseerd op onze christendemocratische waarden, respect voor de schepping en de Schepper die ons allen gelijk geschapen heeft, maar evenzeer op een welbegrepen eigen belang. Omdat we onderling, wereldwijd meer afhankelijk van elkaar zijn, dan we vaak willen of durven toe te geven. Want als het met mensen ver weg niet goed gaat, heeft dat direct gevolgen voor ons. Dat zagen wij als TK-fractie toen al en nu, na COVID, kan al helemaal niemand nog ontkennen dat onze wereld nauw verbonden is. Ook conflicten en de gevolgen van klimaatverandering ver weg, hebben directe gevolgen voor ons. Mensen slaan op de vlucht, als er conflicten zijn. Dat kan niemand ze kwalijk nemen.
Mensen verlaten de grond waar hun voorouders eeuwenlang van geleefd hebben als die grond hen en hun kinderen niet meer kan voeden door verwoestijning, door overstromingen of andere gevolgen van klimaatverandering, waar notabene deze gemeenschappen zelf, niet of nauwelijks verantwoordelijk voor gehouden kunnen worden. En dat kan niemand ze kwalijk nemen.
Het gaat dus om medemenselijkheid en een welbegrepen eigenbelang.

Gekantelde Wereldorde
En daar komt anno 2024 nog een heel ander aspect bij en dat is dat de wereldorde definitief gekanteld is. Zoals jullie weten ben ik zelf in Suriname geboren en opgegroeid, heb ik jarenlang in Chili en Brazilië gewoond en gewerkt, en meer recentelijk vijf jaar in Hongkong. Ik ben verbonden aan een universiteit voor vrouwen in Bangladesh, werk met vrouwelijke parlementariërs in Myanmar en ben betrokken bij de aanpak van moderne slavernij in Latijns-Amerika.
En op grond van al deze ervaring en mijn contacten, constateer ik ontwikkelingen waarvoor naar mijn idee hier in NL, en in Europa, veel te weinig oog is. Dan bedoel ik de geopolitieke ontwikkelingen van de afgelopen decennia, waardoor de machtsverhoudingen drastisch gewijzigd zijn en de wereldorde is gekanteld.
Europa en de liberaal democratische landen zijn niet meer het centrum van de wereld, hoewel zij nog steeds denken dat zij norm zijn in de wereld en daarom niet werkelijk geïnteresseerd in andere perspectieven, andere denkwijzen of andersoortige oplossingen.
De drie grote autocratische machten, China, Rusland en Iran testen met steun van hun proxis voortdurend de democratische “westerse” landen.
Ik zie met zorg dat in de wereld sympathie voor autoritaire regimes groeit. Hun macht en invloed groeit. Daardoor wordt de druk van buitenaf op democratieën zoals die van ons, groter. En voeg daarbij dat ook van binnenuit wordt onze democratie ondermijnd wordt. Precies door wat ik zonet beschreef, de angstige massamens, die gesteund door social media, vijandsbeelden creëert en het wantrouwen voedt, ook in politiek en in democratische instituties.

“Global South”
Dus, als wij als CDA-ers onze democratische waarden en democratie willen behouden, zullen we moeten beseffen hoe kwetsbaar onze democratie is en moeten we haar ‘liefdevol beschermen en versterken’, zoals Angela Merkel ooit zei.
En zullen we nieuwe allianties aan moeten gaan. Ruimte maken voor andere internationale spelers. Dan bedoel ik de landen in het globale zuiden. Landen in Latijns-Amerika, Afrika en Azië. Veel te vaak worden deze landen nog gezien als wat je zou kunnen noemen, de onderklasse van de wereld. Waartegen wij ons hier in het rijke westen moeten beschermen. Omdat we denken dat de mensen daar in het zuiden afhankelijk zijn van ons, de rijke westerlingen, die ons bezit en rijkdom, onze superieure waarden en levenswijze moeten beschermen tegen gelukzoekers die al die verworvenheden komen bedreigen. Maar daarbij vergeet men dat wij misschien meer afhankelijk van hen zijn. Als we alleen al naar de cijfers kijken: de landen van de EU samen vertegenwoordigen niet meer dan 5,5 % van de wereldbevolking. Meer dan 5 van de 8 miljard burgers die de wereld telt, komt uit landen in het globale zuiden, en dan tel ik de 1.4 miljard Chinezen niet mee. India is de grootste democratie ter wereld, het land met de meeste inwoners, en binnen kort de derde economie van de wereld.
Het ligt eerder andersom: willen wij onze democratische waarden beschermen, dan zullen we meer moeten samenwerken met landen uit het zuiden. En bovendien, de grote uitdagingen waar we als wereldbevolking staan (klimaatcrisis, energie transities, schaarste op gebied van water, het migratievraagstuk, vraagstukken op gebied van vrede en veiligheid) kunnen we niet vanuit een manier van denken oplossen. Daar hebben we verschillende perspectieven, andere manieren van denken en vernieuwende creativiteit bij nodig.
Het is hoog tijd dat we onze westerse bril afzetten.

Nieuwe bondgenoten
Voor mij is duidelijk dat we nieuwe bondgenoten nodig hebben. Onze oude bondgenoot de VS heeft inmiddels andere prioriteiten (en die liggen in Azië) en dat nog los van wat er daar op 5 november gaat gebeuren. Het is hoog tijd dat we beleid gaan maken dat gebaseerd is op een sterk, maar ook bescheidener EU, waarin in Nederland een visionaire rol zou kunnen spelen. Door solidariteit te tonen en samenwerking zoeken. Op grond van gelijkwaardigheid, vanuit morele principes, maar ook vanuit dat welbegrepen eigenbelang. Daarom pleit ik nog steeds voor investeren, in mensen en in economieën. En ook internationaal niet uit te gaan van ik, maar wij.
Ook als we kijken naar landen als Gaza, Oekraïne, Soedan, Myanmar en Afghanistan.

Het zal jullie niet verbazen dat ik met enige verbijstering kennis heb genomen van het herinvoeren, door het huidige kabinet van de term ontwikkelingsHULP in plaats van ontwikkelingsSamenwerking. De redenering hierachter is dat je landen in het zuiden niet als gelijkwaardig kunt beschouwen.
Wat een dedain, wat een misplaatst superioriteitsgevoel. Wat een terug naar een allang voorbij verleden. Wat een fundamenteel gebrek aan kennis.

Jongeren en hoop
Maar in plaats van ons op te winden of te verwonderen over zoveel gebrek aan inzicht, zou ik jullie en ons allemaal vandaag aan het begin van dit, ongebruikelijke politieke seizoen, toch vooral willen oproepen de kansen te zien die deze politieke tijden ons bieden.
Ik ben en blijf hoopvol
‘De tijden dat zijn wij’, placht Ruud Lubbers, in navolging van Augustinus te zeggen. Wij, vanuit het klein geworden midden kunnen een tegengeluid laten horen, tegen de angstige massamens en in de trant van Hannie van Leeuwen, fier, zelfbewust en onbevreesd. Vanuit onze eigen uitgangspunten. Met oog voor die plekken waar de zwaarste klappen vallen, in ons land en wereldwijd. Wetend dat we elkaar nodig hebben.
De tijden dat zijn wij en de toekomst, dat zijn jullie, jonge mensen.
En juist door jullie ben en blijf ik positief over de toekomst

Want ik zie ook alles wat er goed gaat en dat betreft zeker de inzet van jongeren zoals jullie. Ook in de landen waar harde klappen vallen zie ik jongeren die niet bij de pakken neer zitten, creatieve en toekomstgericht ideeën hebben, de schoonheid en de waarde van leven benadrukken en vieren, eigen bedrijven beginnen, opkomen voor duurzaamheid en democratie en democratische waarden. Bij die energie en cultuur kunnen wij ons aansluiten. Solidariteit tonen, samenwerking zoeken. Daartoe roep ik jullie vanavond op.

Onze wereld en deze tijden vragen het van ons.

Dankjewel.

~ Kathleen Ferrier, 30 augustus 2024

Foto’s: Dirk Hol/CDJA

 

 

 

Plaats een reactie

Item toegevoegd aan winkelwagen.
0 items -  0,00